Onduidelijkheid over ophalen en wegbrengen van afval in nieuwe gemeente Maashorst
Nieuws 1.305 keer gelezenMAASHORST - Landerd en Uden zijn per 1 januari samen verder gegaan als gemeente Maashorst. Dat biedt voor- en nadelen. Sommige zaken zijn door de nieuwe organisatie nog niet geregeld en gaan daarom voorlopig op oude voet verder. Een voorbeeld daarvan is de afvalinzameling. Zowel in 2022 als 2023 verandert op dat gebied niets voor de inwoners van Reek, Schaijk en Zeeland. Het is in die dorpen nog gewoon gemeente Oss die de komende twee jaar elke vrijdag de containers leegt. Tot die realisatie kwam ook Ine Bok uit Zeeland.
Bok was met stomheid geslagen toen ze tot de ontdekking kwam dat ze haar grof vuil nog steeds naar Duurzaamheidsplein Oss moet brengen. ‘Dat is een afstand van twee keer 21 kilometer’, rekent ze voor. ‘Daarmee gaat mijns inziens het enige voordeel van de herindeling in rook op, namelijk de milieustraat in Uden gebruiken. Hier heb ik maar één woord voor: bezopen!’
Bestaande contracten
Wethouder Jeroen van den Heuvel is in de nieuwe gemeente onder meer verantwoordelijk voor het afvalbeleid. Hij snapt de reactie van Bok, maar heeft ook een verklaring voor de gang van zaken. ‘Het komt erop neer dat er langdurige contracten zijn afgesloten waar wij ons aan dienen te houden’, legt hij uit. ‘Dat komt omdat het om forse bedragen gaat. Het pakt dan voordeliger uit om een afspraak voor meerdere jaren aan te gaan. Daarom haalt Oss sowieso in 2022 en 2023 het afval nog op in Reek, Schaijk en Zeeland.’
Duurzaamheid
Van den Heuvel wil komend jaar gebruiken om nieuw beleid te ontwikkelen. ‘Gemeente Maashorst is net van start gegaan’, zegt hij. ‘Het echte werk begint nu pas. Eerst moeten we bekijken wat bij ons past, bijvoorbeeld welk scheidingspercentage we willen behalen. Het liefst hebben we dat afval onderdeel wordt van het overkoepelende duurzaamheidsbeleid, een thema waarmee we voorop willen lopen. Al die processen moeten we nog vormgeven. Het is niet iets dat we in één keer oplossen. Het is ons streven om de harmonisatie in het afvalbeleid per 2024 doorgevoerd te hebben.’